Je kent het wel. Je speelt de juiste akkoorden met de juiste slag, maar het klinkt nog net niet lekker. Ik zal een aantal tips en richtlijnen geven voor de linkerhand, zodat de akkoorden vloeiend in elkaar over lopen.
1. Zet alle vingers die je nodig hebt voor het akkoord in één keer neer. Beginnende gitaristen zetten vaak nog vinger voor vinger neer (B.V. een C akkoord. Eerst wijsvinger, dan middelvinger en dan ringvinger).
Probeer eens in de lucht met je vingers het C akkoord te maken. Doe dat ook vlak boven de snaren. (heel dichtbij zonder ze aan te raken).
Als dat eenmaal lukt kun je je vingers tegelijk neerzetten. Probeer nu je vingers een beetje van de snaren op te tillen en heel snel weer te neerzetten (alle vingers tegelijk!). Je zal merken dat het moeilijk is om iedere vinger weer precies op de zelfde plek neer te laten komen.
Als het lukt, herhaal je het steeds. Optillen, neerzetten, optillen, neerzetten enz.
2. Het is heel belangrijk om je vingers vlak voor de fret te zetten. Precies er tegenaan. Net niet er bovenop. Probeer eens hoe het klinkt als je je vinger ver van de fret neer zet, en daarna dichtbij.
3. Het is goed om het zelfde akkoord vaak te herhalen. Je vingers ‘onthouden’ dan de vorm makkelijker dan als je steeds maar wisselt. Iedere ‘greep’ moet geprogrammeerd worden.
4. Zorg dat alle snaren die bij het akkoord horen goed klinken. Controleer het door snaar voor snaar aan te slaan.
Als een snaar niet goed klinkt kan dat drie oorzaken hebben:
Je vingers staan niet op juiste plek
- Je drukt niet hard genoeg op een snaar
- Een vinger dempt een andere snaar af
- Als het akkoord nog niet goed klinkt moet je net zo lang bijstellen en corrigeren tot je vingers goed staan
N.B. Als je vingers goed staan, hoef je niet zo hard te drukken!
5. Demp de E snaar.
Bij veel akkoorden mag de dikke E snaar niet klinken. Bijvoorbeeld bij de D en Dm. Maar zelfs ook bij A, Am of C klinkt het beter als de E snaar niet mee klinkt. Je kunt hem niet aan slaan, maar beter is het om te dempen met de duim van je linkerhand.
6. Wees er bewust van welke snaren je aanslaat en hoe hard!
Als je met bloed, zweet en tranen eindelijk zover bent gekomen dat je linkerhand perfect staat, is het natuurlijk doodzonde als je rechterhand alleen maar de onderste twee snaren raakt.
Ik hoop met deze tips verder kunt om je gitaarspel weer op een hoger niveau te brengen.
P.s. Vind je het nog steeds lastig? Een ander trucje dat ik wel eens toepas bij een moeilijk akkoord is, dat ik dan iets zachter aansla en iets harder zing 😉
Succes!